• EIB verstrekt een lening van EUR 330 miljoen, gegarandeerd onder het EFSI, ter ondersteuning van de bouw van de Blankenburgverbinding bij Rotterdam.
  • De nieuwe verbinding moet het verkeer rond Europa’s drukste haven ontsluiten, alsmede de verkeersdruk op de snelwegen richting Amsterdam en België verlichten.

De Europese Investeringsbank (EIB) stelt EUR 330 miljoen ter beschikking aan de bouw van de zogeheten “Blankenburgverbinding” tussen de bestaande snelwegen A15 en A20. De EIB-lening aan het project valt onder het Europees Fonds voor Strategische Investeringen (EFSI), de hoofdpijler van het Investeringsplan voor Europa, ook wel het “Juncker Plan” genoemd.

Doel is het ontsluiten van de verkeerssituatie rond de haven van Rotterdam en de toegankelijkheid van Europa’s drukste haven te verbeteren. Door de twee bestaande snelwegen te verbinden, die aan beide zijden parallel aan de haven lopen, heeft het verkeer een extra oversteekpunt onder de rivier Het Scheur in de Maasdelta. Hierdoor zal niet alleen de goederenstroom van en naar de haven verbeteren, maar ook voor omwonenden en forensen het verkeer verlicht worden.

“Dit project is uitermate belangrijk voor de Rotterdamse haven en de regio eromheen” stelde EIB-vicepresident Vazil Hudak. “Rotterdam is de drukste haven van Europa maar de goederenstroom stopt natuurlijk niet in de haven zelf. Daarom is de Bank erg blij dat ze kan bijdragen aan het verbeteren van de toegangswegen, des te meer omdat hiermee ook de mensen die in de buurt wonen of werken bevoordeeld worden. De EIB is er tenslotte voor de burgers.”

“Deze lening, die mede mogelijk is gemaakt door het Investeringsplan voor Europa, zal helpen het verkeer rond de haven van Rotterdam te ontsluiten, ook ten voordele van de omwonenden. Alles wat de Commissie voor transport doet, gaat uiteindelijk om mensen. Daarnaast is deze investering er één in een imposante pijplijn aan projecten. Tot op heden zijn onder het EFSI 68 transportprojecten gesteund, waarmee in totaal EUR 27,6 miljard aan investeringen gemobiliseerd is.” Voegde Violeta Bulc, EU Commissaris voor Transport eraan toe.

Op technisch vlak houdt het project de bouw in van ongeveer 5 kilometer snelweg, inclusief tunnel onder zowel land als water. Het grootste deel van de snelweg zal verzonken in het landschap worden aangelegd, waardoor ze grotendeels onzichtbaar blijft voor de omwonenden. Het project is opgezet als een Ontwerp-Bouw-Financier-Onderhoud (DBFM) concessie met een looptijd van twintig jaar in een publiek-private samenwerking.